Weinig belangstelling
Sinds bijna twee jaar mag er in Nederland de thanatopraxie-techniek worden toegepast. Dat is eenvoudig gezegd, een tijdelijke balseming van het overleden lichaam. De dertig geregistreerde thanatopracteurs in ons land hebben hun dure opleiding nog maar weinig in de praktijk kunnen uitoefenen. In België, Duitsland, Frankrijk, Spanje en Engeland is deze techniek al geruime tijd gemeengoed. In deze landen hebben de thanapracteurs hun praktijkervaring opgedaan. Om het diploma te kunnen krijgen moet elke kandidaat zo'n 80 tot 100 behandelingen hebben gedaan, wat in Nederland niet lukt. De resultaten van een behandeling zorgen ervoor dat de overledene zonder koeling kan worden opgebaard. Er zijn geen blauwe nagels, lippen en oren. De behandeling dient bij voorkeur in een uitvaartcentrum plaats te vinden. Thuis kan wel, maar er komt nogal wat voor kijken. Het voordeel van thanatopraxie, een overledene blijft tot de uitvaart in goede conditie, is tegelijkertijd het nadeel. Het loslaten, de kist sluiten terwijl iemand er nog zo goed uitziet wordt moeilijker. Bij een gewone opbaring werkt de natuur mee, een lichaam gaat langzaam achteruit, zodat de nabestaanden ook meer vrede met het afscheid hebben. Gelukkig is er een keus.